Letsel tijdens een gymles
Gymles is voor veel leerlingen de leukste les van de week, maar helaas ook de les waarbij de meeste ongevallen gebeuren. Ook tijdens een sportdag is de kans op een ongeval groter dan op een gewone schooldag. Meestal zijn dit gelukkig geen ernstige ongevallen, maar wat te doen als er toch meer aan de hand is dan een blauwe plek of een schaafwond? Als een kind letsel oploopt door sport en spel, zullen de ouders zich waarschijnlijk afvragen of de school aansprakelijk is voor het ontstaan van het ongeval.
Aan het meedoen aan een gymles zijn risico’s verbonden. De zorgplicht van een gymleraar is dan ook groter dan van een andere leraar. De gymleraar zal bijvoorbeeld de juiste voorzorgsmaatregelen moeten nemen en uitleg moeten geven over de opdrachten om ongevallen te voorkomen. Tijdens de gymles zal de gymleraar voldoende toezicht moeten houden, de leerlingen moeten helpen etc. De maatstaf die hierbij geldt, is de zorgvuldigheid die een redelijk bekwaam en redelijk handelend gymleraar in gelijke omstandigheden in acht zou hebben genomen. Wat zegt de rechter over letsel bij een gymles?
Rechtspraak over aansprakelijkheid voor letsel bij een gymles
Geen aansprakelijkheid: Rechtbank Noord-Holland 14 maart 2018 (ECLI: NL: RBNHO: 2018: 2184)
Middelbare school leerlingen deden tijdens gymles een tikspel. Eén van de leerlingen botste met zijn hoofd tegen een muur. Daarbij brak hij een nekwervel en liep een dwarslaesie op. De ouders van de leerling stelden de school als werkgever van de gymleraar aansprakelijk. Zij stelden dat de gymleraar de op hem rustende zorgplicht had geschonden.
Zorgplicht
De rechtbank stelt dat de kans dat een ongeval kan plaatsvinden tijdens een gymles nu eenmaal bestaat. Maar dat betekent nog niet dat als zich een ongeval voordoet, dat dan automatisch de leraar of de school iets valt te verwijten.
Of het niet treffen van voorzorgsmaatregelen, het niet geven van extra specifieke veiligheidsinstructies of het laten deelnemen aan een gymnastiekoefening onrechtmatig is, hangt volgens de rechtbank af van:
- de aard van de gymnastiekoefening;
- de ernst van de mogelijke gevolgen;
- de bezwaarlijkheid van voorzorgsmaatregelen;
- de kans op schade.
Volgens de rechtbank is alleen dan sprake van onrechtmatig handelen indien: “de kans op een ongeval en/of letsel bij het tikspel zo groot was, dat de gymleraar ter voorkoming of beperking van het ongeval en/of letsel naar maatstaven van zorgvuldigheid extra veiligheidsmaatregelen had moeten treffen of dit tikspel niet had moeten laten plaatsvinden.”
Toezicht
Volgens de rechtbank betekent een verantwoorde wijze van toezicht houden niet dat steeds op elk kind en op elk aspect van het spel direct toezicht wordt gehouden. Je hoeft als leraar niet alles altijd maar te zien. Het stellen van een dergelijke eis gaat volgens de rechtbank te ver. Je moet zorgvuldig zijn, maar wel binnen de normale grenzen. De gymleraar had zich opgesteld in het midden van het spel. Dat was bij dit tikspel gebruikelijk en niet onverantwoord. Ook dan kan er iets aan je aandacht ontsnappen, je hebt nu eenmaal geen ogen in je achterhoofd. Maar dat maakt nog niet dat de gymleraar onjuist handelde of onvoldoende toezicht hield.
De gymleraar heeft zijn zorgplicht jegens de leerling in deze zaak dus niet geschonden. Dus ook de ernst van het letsel, een dwarslaesie, leidt niet tot aansprakelijkheid. De school als zijn werkgever is dan ook niet aansprakelijk voor het door de leerling opgelopen letsel tijdens de gymles.
Wel aansprakelijkheid: Rechtbank Oost-Brabant, 5 september 2017, ECLI: NL: RBOBR: 2017: 6934
In deze zaak gingen studenten ter voorbereiding op een eindtoets oefenen op een klimwand. Eén van de studenten maakte een val van 14 meter hoogte, waarbij hij ernstig letsel opliep. De rechtbank oordeelde dat de school onvoldoende instructies had gegeven en onvoldoende voorwaarden had geformuleerd voor een veilige voorbereiding op de eindtoets. Overigens werd wel een percentage eigen schuld van 60% van de student aangenomen. De student wist immers dat abseilen op de betreffende locatie ongebruikelijk was. Daarnaast had hij niet om toestemming of advies gevraagd voordat hij ging abseilen en wist hij dat de gebruikte klimwand minder geschikt was om te abseilen.
Tendens in de rechtspraak bij letsel bij een gymles
Hier hebben we een voorbeeld opgenomen waarbij aansprakelijkheid werd afgewezen en een voorbeeld waarbij de aansprakelijkheid wel werd aangenomen, maar met een percentage eigen schuld.
De lijn is dat aansprakelijkheid niet snel wordt aangenomen. Maar hoe jonger het kind, hoe groter de zorg die de school heeft. Jonge kinderen vereisen nu eenmaal meer toezicht en kunnen zelf de gevaren nog niet goed inschatten. Ook zijn ze motorisch minder ontwikkeld. Ze dienen dus beter beschermd te worden tegen mogelijke gevaren. Dat je spelende leerlingen niet tegen alle gevaren kunt beschermen is duidelijk. Dat is ook onwenselijk, want anders kun je nooit meer gymles geven, enig gevaar is er immers altijd. Een rechter zal dus niet snel aannemen een school aansprakelijk is, ook wanneer sprake is van ernstig en blijvend letsel. Maar hoe jonger het kind, hoe groter de zorg en hoe eerder de school aansprakelijk kan zijn.
Slot Letselschade helpt u graag
Wilt u advies inwinnen over de vraag of een school aansprakelijk is voor de letselschade van uw kind, ontstaan tijdens een sportdag of gymles, schakel dan de hulp van Slot Letselschade in.
Andra heeft rechten gestudeerd aan de Universiteit Utrecht. In 1998 is zij afgestudeerd in de richtingen privaatrecht en strafrecht. Van huis uit heeft zij een grote affiniteit met de gezondheidszorg.
Tijdens haar studie liep zij een aantal maanden stage op een advocatenkantoor, waar zij voor het eerst in aanraking kwam met de letselschadepraktijk. Dit rechtsgebied had meteen haar grote belangstelling. Daarom heeft zij voor haar afstudeerscriptie privaatrecht gekozen voor een onderwerp op het gebied van (medische) aansprakelijkheid: “De aansprakelijkheid voor bijwerkingen van farmaceutische producten”.
Na haar studie is zij gaan werken als jurist letselschade bij een rechtsbijstandverzekeraar. Daarna is zij aan de slag gegaan als advocaat, waarbij ze veel proceservaring heeft opgedaan. Ze werkte in een algemene praktijk, met een sterke focus op letselschade. Daarna heeft zij zich een periode toegelegd op de zorg voor haar kinderen. In 2013 heeft Andra het mastervak gezondheidsrecht gevolgd aan de Universiteit Utrecht, om haar kennis van de medische aansprakelijkheid verder te vergroten. Sinds eind 2015 is zij weer werkzaam als jurist op het gebied van gezondheidsrecht/letselschade. Op 26 juni 2017 is Andra gestart als juridisch medewerker bij Slot Letselschade en in 2018 opnieuw beëdigd tot advocaat.
ADVOCAAT
Geef een reactie